Volwassenen en knuffelbeesten

23-07-2019

Knuffelen is gezond

Tijdens het knuffelen maken we het hormoon oxytocine aan, ook wel het knuffel of geluks-hormoon genoemd. Dat maakt knuffelen zo fijn. Mits we een goede band hadden met onze ouders voelden wij ons het best, als zij ons vasthielden en knuffelden. Als onze ouders niet in de buurt waren, dan was er meestal een knuffelbeest binnen handbereik. Tijdens het knuffelen met knuffelbeesten wordt het geluks-hormoon gelukkig ook aangemaakt. Helaas zijn ouders nooit vierentwintig uur per dag aanwezig. Gelukkig dient een knuffel dan als goede surrogaat.

'Lappielap'

Bij mijn geboorte kreeg ik een tutteldoek cadeau, genaamd 'Lappielap'. Het is een witte lap met allemaal gekleurde poesjes erop afgebeeld. Toen ik klein was, weken Lappielap en ik geen seconde van elkaars zijde. Ik nam haar overal mee naar toe. Als baby lag de lap onder mij in de kinderwagen. Toen ik groter werd, ging ze met mij mee naar de speeltuin, uit logeren, naar de peuterspeelzaal, en uit spelen. Lappielap bood mij troost en veiligheid. Verder stond ze gelijk aan puur geluk! Ze maakte mij blij zoals ze was, maar daar kon nog een schepje geluk bovenop. Soms sliep mijn moeder een nacht met mijn tutteldoekje tegen haar aan. Na die nacht rook de doek helemaal naar mijn moeders lichaamsgeur. De nacht zonder mijn lapje was altijd verschrikkelijk. Zonder haar kon ik niet slapen, kreeg ik nachtmerries en voelde ik mij alléén. Toch was dit nare gevoel de beloning waard. Ik kon niet wachten tot het ochtend was en ik naar beneden mocht. Daar stond mijn moeder namelijk klaar met mijn prachtige, geweldige Lappielap in haar handen. Ik verborg mijn neus in de doek en rook eraan. De geur van heerlijk geurende wasmiddel in combinatie met mijn moeders lichaamsgeur drong mijn neus binnen. Dit was Lappielap op haar best. De nachten die volgden, kon ik altijd heerlijk slapen. Het voelde alsof mijn moeder naast mij in bed lag. Dat gaf mij een veilig en geborgen gevoel.

Emoties delen met knuffels

Een knuffel oordeelt niet en biedt altijd een luisterend oor. Je kan er hele verhalen tegen ophangen en het beest komt nooit met ongewenste adviezen. Als je boos bent, dan staat jouw troeteldier voor jou klaar door zich op te stellen als slachtoffer. Je kan het een paar stoten verkopen en als je het wil, kan je het op de grond smijten. Deze vriend zal het je allemaal vergeven en nooit van je zijde wijken. Als je bedroefd bent, dan is het pluizige beest er voor je om je tranen op te vangen en je wangen te drogen. Hij zal er alle tijd voor nemen om je te troosten. Je kan hem toevertrouwen wat jou verdrietig maakt en het beestje zal jullie geheim altijd bewaren. Hij is er ook in onzekere tijden, in onveilige situaties en in eenzame perioden. Tijdens deze beangstigende momenten is de knuffel jouw houvast en geeft het veiligheid. Niet alleen als je vervelende emoties ervaart, is de knuffel er voor je. In je herinneringen zal je knuffel er ook tijdens blije momenten zijn. Het knuffelen met een knuffeldier wordt al snel gezien als 'kinderachtig' en is voor 'zwakke mensen'. Dit vooroordeel kan ik meteen ontkrachten. Zowel laag- als hoogopgeleiden liggen met knuffels in bed, Niet alleen jongvolwassenen, maar ook ouderen knuffelen graag. En naast vrouwen liggen ook stoere mannen, die ook nog graag met een knuffel in bed liggen. Hoe ik dit weet? Het levende bewijs ligt elke avond naast mij in bed! Mijn vriend is een échte man, maar ligt nog altijd graag met zijn jeugdknuffel in bed.

Ik en mijn knuffels

Een kille, donkere, vieze vuilniszak is de eindbestemming voor vele knuffels. Voor Lappielap geldt dit niet. Ik koester het versleten stukje stof met heel mijn hart. Soms pak ik haar er nog steeds wel eens bij, als mijn psychische klachten de macht over mij hebben genomen. Ik haal niet alléén maar troost bij Lappielap. Ik heb namelijk iets te bekennen. Ik ben bijna vierentwintig jaar, maar in mijn slaapkamer staat nog steeds een mand met drie waardevolle knuffelbeesten. Ik onderbreek het schrijven aan deze blog om de mand op te halen en deze naast mij op de bank te zetten. Ik graai erin en vis een knuffel in de vorm van een walvis (met een eenhoorn op zijn kop) uit de mand. Deze heb ik van mijn ouders gekregen, tijdens een crisisopname waarin ik oog in oog stond met een zware depressie. Ik vond de kracht terug om te vechten en nu ben ik langzaam aan het herstellen van deze zwarte periode uit mijn leven. De hippe walvis staat symbool voor dit gevecht dat ik moet leveren. Vervolgens haal ik een 'Beanie Boo' uit de mand in de vorm van een tijger. Die knuffel kreeg ik via de post van mijn lieve, beste vriendin. Zo had ik iets tastbaars, dat mij steun kon bieden namens haar. Ze had er een kaart bij meegestuurd waarin stond dat het knuffeldier mij zou helpen tijdens moeilijke periodes in mijn leven. De derde en laatste knuffel in de mand heb ik pas recent gekregen. Het is een pluchen alpaca. Ik kreeg hem van een geweldige vriendin, die pas sinds kort in mijn leven is gekomen. Het beest is een herinnering aan een leuke dag, die we samen hebben beleefd. Naast de knuffels in mijn mand heb ik ook een knuffel op mijn bed liggen. Er ligt een grote, zachte knuffelhond met lange poten en oren. Ook dit beest kreeg ik van mijn ouders.

Volwassenheid en knuffelbeesten

Waarom rust er zo'n taboe op volwassenen die knuffelen met pluche beesten? Uit onderzoeken is gebleken dat bij ongeveer een derde van de volwassenen knuffels in de slaapkamer te vinden zijn. Toch zegt een groot deel van deze groep zich te schamen voor hun knuffels en deze zelfs weg te moffelen, als er visite komt. Raar toch, als je bedenkt dat bijna veertig procent van de volwassen bevolking zich nog comfortabel voelt bij zijn, of haar knuffels? In een maatschappij waarin emoties tonen niet erg gewaardeerd wordt, kan het heerlijk zijn om bij je oude versleten teddybeer je verhaal kwijt te kunnen en je erdoor te laten troosten. Velen doen geheimzinnig over het delen van het bed met een knuffel, maar dat is in mijn ogen onnodig. Een groot percentage van ons slaapt niet zonder.

Schamen voor je knuffel? Welnee!

Ik ben er open over dat ik vaak in bed lig met mijn grote, trouwe knuffelhond. Ik gun het mijzelf dat hij mij troost biedt. Ook vind ik het heerlijk om mij in bed op te krullen in de dekens en zou mijn knuffel daarbij niet willen missen. Ik vouw mijn benen om zijn lange achterpoten, duw zijn lijf tegen mijn bovenlijf, vouw zijn voorpoten om mijn nek en wrijf mijn gezicht tegen zijn koppie. Het lekkerst vind ik het als mijn vriend zijn vaste luchtje op mijn knuffel spuit. Zo voel ik mij extra op mijn gemak. Op de momenten dat het verleden mij pijn doet, ervaar ik een veilig en geborgen gevoel tijdens het knuffelen van mijn hondje. Ook zoek ik bij hem naar troost tijdens emotionele dieptepunten, als ik bang ben, of overprikkeld. Gelukkig schaam ik mij hier niet voor. Helaas zijn er genoeg volwassenen die zich wél schamen, dat zij troost zoeken bij een knuffeldier. Hier is een boodschap voor iedereen die kampt met schaamte: Wees mild naar jezelf! Iedereen heeft op zijn tijd troost nodig. Het pakken van een knuffel tijdens kwetsbare momenten, is een gezonde manier van troost en houvast zoeken. Sluit je knuffel in je armen, laat het je tranen drogen, uit er je woede op, pak hem er snel bij als je overvallen wordt door angst en deel er de vreugdige momenten mee. Je verdient die warme knuffel!

© 2019 Reisblog van Adam. Alle rechten voorbehouden.
Mogelijk gemaakt door Webnode
Maak een gratis website. Deze website werd gemaakt met Webnode. Maak jouw eigen website vandaag nog gratis! Begin